Geroosterde puntpaprika met burrata en prosciutto

Een feestelijk voorgerecht of borrelhapje boordevol smaak. Je roostert de paprika in de oven met olie, knoflook en sjalot. Serveer met een knapperig afgebakken ciabatta. Vooraf te bereiden, dus op kerstavond hoef je alleen nog te serveren. Makkelijk, gezond én verrassend luxe.

55
4

Ingrediënten

Benodigdheden

No items found.
Tip: 
Aan de slag
1

Verwarm de oven voor op 200 graden.

2

Verwijder de kroontjes en zaadlijsten van de puntpaprika’s en halveer ze. Snijd sommige in stukjes. Kies je voor snackpaprika’s, verwijder dan alleen de kroontjes, halveren hoeft niet.

3

Doe de paprika’s in een grote ovenschaal. Haal de schilletjes van de knoflook en snijd de teentjes grof, voeg ze toe aan de ovenschaal. Verwijder de schil van de sjalotjes en voeg deze ook toe aan de ovenschaal. Schenk er olijfolie bij, zoveel dat de meeste paprika’s voor het grootste deel onder de olie staan. Breng op smaak met peper en zout.

4

Zet de ovenschaal in de voorverwarmde oven en rooster de paprika’s in 40 minuten zacht.

5

Snijd de ciabatta in dunne plakken en kwast ze in met wat olijfolie. Rooster ze de laatste 10 minuten mee in de oven tot ze goudbruin zijn.

6

Voeg de rozemarijntakjes meteen na het roosteren toe aan de hete olie als de ovenschaal net uit de oven is. Laat vervolgens afkoelen.

7

Verdeel de geroosterde paprika’s, knoflook en sjalotjes over een grote schaal en verdeel hier ook de burratabollen en prosciutto over. Garneer met wat olie uit de ovenschaal en eventueel wat rozemarijn.